Tijdens het goedbezochte congres Hulp en Handel in Perspectief dat Vice Versa vorige week organiseerde, lag de nadruk op samenwerken. Maar hoe, daarover zijn de meningen verdeeld.
Het was een mooi moment, vorige week dinsdag, op het congres Hulp en Handel in Perspectief. Peter van Mierlo, de nieuwe topman van ontwikkelingsbank FMO, nodigde Laurie van den Burg van Milieudefensie uit op korte termijn eens van gedachten te wisselen met elkaar. ‘Waar mag ik op hopen in de samenwerking met ngo’s? Hoe kunnen we op een goede manier de dialoog met elkaar voeren?’, zei Van Mierlo.
Geen betere plek om zo’n handreiking te doen dan in het onderkomen van de Sociaal Economische Raad in Den Haag. Want uitgerekend daar proberen allerlei partijen met tegengestelde belangen tot elkaar te komen, zoals SER-voorzitter Mariette Hamer tijdens de openingstoespraak van het congres aangaf.

Mariëtte Hamer
De thema’s ‘samenwerken’ en ‘elkaar proberen te vinden’ liepen als een rode draad door de debatten die tijdens het congres werden gevoerd. Want waar staan we nu op het gebied van hulp en handel? Waar zitten de knelpunten? En zijn de twee überhaupt verenigbaar?
‘Onderling vertrouwen is de kern van alles’, zei Hamer over hulp en handel in brede zin en de door de SER gesloten IMVO-convenanten in het bijzonder. ‘Juist de partijen die vroeger niet zoveel met elkaar deden, worden nu bij elkaar gebracht. Convenanten bieden daarom concrete invulling aan de synergie tussen hulp en handel. Ze pakken de risico’s in de ketens aan en het proces biedt handelaars een startpunt en een perspectief.’
En wat van daaruit moet gebeuren? Dat bleek een vraag waarop meerdere antwoorden mogelijk zijn. ‘Wat is nu de kern van dit debat?’, vroeg moderator Frénk van der Linden aan het begin van de middag aan de zaal. ‘Hoe brengen we de goede impact die we hebben ook naar grote schaal?’, zei Heske Verburg van Solidaridad daarover, terwijl Evert-Jan Brouwer van Woord en Daad het juist van de microkant bekeek: ‘We moeten zien uit te vinden wat we met hulp en handel nu echt bijdragen aan lokale economische ontwikkeling en voedselzekerheid.’
Volgens professor Chibuike Uche van de Universiteit Leiden is er momenteel geen gouden model voor het verenigen van hulp en handel – althans, nog niet. Maar Uche, houder van de Stephen Ellis-leerstoel voor Financiën en Integriteit in Afrika, gelooft wel dat de combinatie van hulp en handel op lange termijn duurzaam kan zijn. Hoe? Je voelt ’m al aankomen: door goede samenwerking. ‘Schep bijvoorbeeld een plaats waar ngo’s en lokale gemeenschappen en bestuurders samen kunnen komen om dingen goed te bespreken’, stelde hij voor. Een andere concrete tip om voortgang te maken op het gebied van hulp en handel? Stel voorbeelden. ‘Onderzoek hoe bedrijven het doen in lastige landen om een benchmark te bepalen van hoe je daar zaken moet doen’, bracht Uche naar voren.
Over en weer discussie
Thierry van Helden, die tot voor kort nog als diplomaat in Accra werkte en nu beleidscoördinator duurzame economische ontwikkeling is bij Buitenlandse Zaken, wees tijdens de talkshow over bredere ontwikkelingsimpact op de samenwerking in de Ghanese palmoliesector. ‘Wat mij daar aansprak, was de aanpak om het bedrijfsleven in te zetten om ontwikkelingsdoelen zoals een beter loon te bereiken. Bijvoorbeeld in de palmoliesector, waar ook goed is samengewerkt met Solidaridad.’
Vanuit de zaal werden daar kanttekeningen bij geplaatst. ‘Het klopt dat de lonen in de palmoliesector in Ghana zijn gestegen, maar uit onderzoek blijkt ook dat met de prijzen hetzelfde is gebeurd. Wat schiet je dan op?’, wierp UvA-onderzoekster Edith van Ewijk tegen. ‘Bij dit soort zaken moet veel beter worden gekeken naar de brede impact.’
In de discussie, die veel verschillende kanten op ging, werd er regelmatig op gewezen dat lang niet alles over rozen gaat. ‘Kijk naar de bloemenindustrie in Oost-Afrika. Ondanks allerlei fairtrade-initiatieven verdienen mensen daar nog zeker geen leefbaar loon’, zei Roman Baatenburg de Jong van Hivos.
Volgens panellid Maria van der Heide, hoofd campagnes en beleid bij ActionAid, is er nog een wereld te winnen als het op hulp en handel aankomt. ‘Ik denk dat er best mooie dingen mee kunnen worden bereikt, maar als ik naar nota van minister Kaag kijk, dan is er nu te veel vanuit een kansbenadering naar de SDG’s gekeken. Het primaire doel is winst maken. Terwijl we veel te weinig inspelen op lokale problemen. Daarvoor moeten we meer in gesprek met de groepen waar het om gaat, met de vakbonden, met de allerarmsten.’
Van Helden wijst erop dat BuZa de afgelopen jaren al veel heeft gedaan om duurzame ontwikkelingen mogelijk te maken. ‘Daarin zijn echt flinke stappen gezet. We hebben duurzame ontwikkelingen veel meer weten af te stemmen met buitenlandse economische ontwikkelingen. Maar als overheid werken wij vooral aan randvoorwaarden.’
Van der Heide lijkt nog niet overtuigd dat alle ambities omtrent hulp en handel en de SDG’s worden waargemaakt. Linda van Beek, manager internationaal ondernemen van VNO-NCW, is positiever gestemd. ‘Er zijn inmiddels acht convenanten afgesloten, dus dat zie ik niet zo’, zegt zij. Wel wijst zij erop dat er meer cross-sectorale samenwerking zou moeten komen – ‘de convenanten zijn nu te veel een hokje’ – en dat het belangrijk is dat bedrijven niet met een enorme papierwinkel worden geconfronteerd. ‘Zij moeten te maken krijgen met een instrumentarium waarmee zij verder kunnen en dat niet als een pak papier wordt beleefd.’
Break-out-sessies
Na de talkshows, interviews en paneldiscussies waarin de meningen over en weer schoten, kon meer verdieping worden gezocht tijdens drie break-out-sessies waar bezoekers in kleine groepjes van gedachten konden wisselen met experts over ondernemen in conflictgebieden, partnerschappen voor internationaal maatschappelijk ondernemen en de rol van de financiële sector.
Ondanks alle mooie inzichten bleek het ook daar niet eenvoudig om tot iets concreets te komen. Zoals bij de sessie ‘ondernemen in conflictgebieden en instabiele regio’s’, waar moderator Thea Fierens na een uur en een kwartier concludeerde dat het onderwerp veel te groot was om in een namiddag te behandelen.

Thea Fierens in een breakout sessie.
Een eenduidige uitspraak over wat nu werkt en niet, kon niet worden gedaan. Maar aanknopingspunten werden er wel genoemd. ‘Werk is in (post-)conflictgebieden niet altijd de oplossing’, gaf Marina Diboma, adjunct-directeur van het NABC, aan. ‘Het trainen van jonge mensen wel. En het luisteren naar hun behoeften.’ Ook gelooft Diboma dat we op een andere manier naar het contintent Afrika moeten kijken, of zoals ze dat bij NABC noemen, aan “rebranding” moeten doen. ‘In Kameroen, waar ik vandaan kom, zijn twee conflicten aan de gang, waaronder een waarbij Boko Haram een rol speelt. Maar dat wil niet zeggen dat je geen zaken kan doen in Douala. Op die mogelijkheden moet je wijzen.’ Tijdens haar verhaal noemt ze als voorbeeld het positieve effect dat een Nederlandse handelsmissie naar Mali in 2013 heeft gehad. ‘Van Mali hadden veel mensen een slecht beeld, maar eenmaal daar werd duidelijk dat er van alles mogelijk is. En de mensen daar waren na een tijd van veel ellende blij om als potentiele partner te worden gezien. Sindsdien is de handels- en investeringsrelatie met Mali verbeterd.’
Perspectief
Uiteindelijk draait alles om het bieden van perspectief. Volgens oud-minister van Defensie Joris Voorhoeve ligt de sleutel tot succes daarvoor bij het MKB. ‘Dat is de motor van vooruitgang en stabiliteit. Minder opgeleiden die nu niets kunnen doen in het bedrijfsleven, gaan nu vechten.’ Volgens Voorhoeve moeten bij het helpen en stimuleren van het MKB niet allerlei vergezichten worden geschetst. ‘Het vooral belangrijk om te kijken naar de dringende behoeften. Let op wat belangrijk is in de komende drie tot vijf jaar en niet zozeer op wat op de lange termijn nodig is.’
Ook Diederik Conijn van IDEA, een initiatief van VNO-NCW en het ministerie van Defensie voor ondernemen in conflictgebieden, gelooft in een kleinschalige aanpak. ‘De focus op geld of grote projecten is niet belangrijk. Stimuleer mensen om verder te gaan, er weer iets van te maken. Daar draait het om. En daar liggen mogelijkheden, want in deze gebieden is bijna iedereen ondernemer’, aldus Conijn, die met IDEA opereert vanuit het credo “waar gewerkt wordt, wordt niet gevochten”.
Kan na zo’n drukke middag, waarin door zoveel mensen over een nog jong onderwerp werd gediscussieerd, nu een voorzichtige conclusie worden getrokken? Dat is lastig. Een tweet van Petra Benes van Top in Export gaf de teneur van het congres misschien wel het beste weer. ‘Ik hoor veel moeten, zullen, worden, gaan. Plannen en convenanten. Maar waar is de actie?’ Hopelijk heeft het plan van Van Mierlo en Van den Burg haar enigszins gerustgesteld.

Waar kan Nederland binnen de hulp en handelsagenda de komende jaren het beste op inzetten? Deze vraag staat de komende weken centraal op de website van Vice Versa en tijdens het congres ‘Hulp en Handel in Perspectief’ op dinsdagmiddag 16 oktober in Den Haag.
Hulp en Handel in Perspectief is een gezamenlijk initiatief van ViceVersa, Solidaridad, Fair Green and Global Alliance (FGG), de Civic Engagement Alliance, FMO, IDH en het KIT.
Waar kan Nederland binnen de hulp en handelsagenda de komende jaren het beste op inzetten? Deze vraag staat de komende weken centraal op de website van Vice Versa en tijdens het congres ‘Hulp en Handel in Perspectief’ op dinsdagmiddag 16 oktober in Den Haag.
Hulp en Handel in Perspectief is een gezamenlijk initiatief van ViceVersa, Solidaridad, Fair Green and Global Alliance (FGG), de Civic Engagement Alliance, FMO, IDH en het KIT.
Programma Partindag 2023 verbreedt jouw blik
Het programma van de Partindag is bekend. Ook dit jaar verbreedt deze dag jouw blik. Hans Beerends, Ellen Mangnus, Marc Broere en Danielle Hirsch trappen de dag af. Het drietal Beerends, Mangnus en Broere werpt het licht op 50 jaar mondiaal activisme en Hirsch gaat in een gesproken column in op hoe informatie tot verandering kan leiden. En er is keuze uit 10 workshops. Voor ieder wat wils. De Partindag is op zaterdag 30 september in Nijkerk en begint om 10.00. Dit jaar georganiseerd Partin de ontmoetingsdag samen met Vice Versa.
Lees artikelDe klimaattop van Nairobi: een gedeeld Afrikaans bericht
Bij een historische samenkomst van Afrikaanse leiders op de Keniaanse top hebben ze de Verklaring van Nairobi uitgegeven: een oproep om klimaatverandering wereldwijd tegen te gaan, met Afrika als belangrijke speler in het midden gepositioneerd.
Lees artikelOp de bres voor de kleine boer
‘Wie in Afrika woont,’ stelt Shungu Kanyemba, ‘weet dat tachtig procent van onze bevolking van economische activiteiten uit het achterland afhankelijk is. We hebben allemaal wel een neef die nog steeds op het platteland werkt, als boer, en elke keer als je er langsgaat realiseer je je dat het leven er niet verandert. Ze maken de bakstenen nog *altijd op dezelfde manier! En dàt mag weleens omgegooid worden.’
Lees artikel