Stop met al die kleingeestige conversaties over transmensen en anderen uit de lhbti-gemeenschap, zegt Cleopatra Kambugu, de eerste transgenderpersoon die door de Oegandese regering is erkend. ‘Van oudsher is Afrika een regenboogcontinent: we hebben alle kleuren als het gaat om huid, ogen en haar. Waarom zouden we ons tekortdoen door de diversiteit op het gebied van seksualiteit niet te erkennen?’
‘Ik heet Cleopatra Kambugu en ik ben een transgendervrouw uit Toro, een oud koninkrijk in het westen van Oeganda. Ik heb op een gemengde school gezeten en ben opgegroeid in een gezin met één vader en vele moeders. Het bijzondere aan een Rutoro-naam is dat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen mannen en vrouwen; in onze cultuur gelden de traditionele namen voor alle geslachten.
‘Dat heeft me later ook geholpen toen ik mijn geslacht in mijn paspoort heb laten aanpassen: mijn Rutoro-naam is gewoon Akiki gebleven. Over al mijn namen is wel een verhaal te vertellen. Kambugu is interessant, omdat het “onkruid” betekent, een onkruid dat couch grass wordt genoemd en om z’n veerkracht bekendstaat, het groeit ook onder alle weersomstandigheden. Veerkracht is zeker ook een eigenschap die mij typeert.
‘Alleen mijn mannelijke voornaam heb ik veranderd. Oorspronkelijk heette ik Caesar, net als de Romeinse keizer, de minnaar van Cleopatra – en omdat ik groot respect voor haar heb, heb ik haar naam aangenomen. Ze heerste in een tijd dat het nog ongewoon was dat er vrouwelijke farao’s waren. Ik vind haar in wezen de eerste feministe uit de geschiedenis.
‘De meeste verhalen over Cleopatra gaan over haar seksualiteit en dat ze verwend zou zijn, het gaat maar zelden over hoe ze haar leven in dienst van het volk stelde. Of haar lichaam of geest nu wel of niet door seks geobsedeerd was: ze heeft Egypte wel gered en had ook de moed om zelfmoord te plegen toen ze overwonnen werd door de Romeinen. Kijk wat er daarna onder mannelijke leiders met het land is gebeurd. Het is er bepaald niet beter op geworden.’
‘Het opdelen van mensen per geslacht is echt iets westers. Het begrip gender is ook nooit bedoeld geweest om een inclusieve samenleving te creëren, om mensen toegang te bieden. Gender is bedoeld om toegang te beperken, vaak onder het mom van mensen beschermen. Door de opdeling zijn er aparte ruimten gecreëerd, maar de ene ruimte heeft meer toegang dan de andere en daar wordt amper over gesproken.
‘Thuis hebben gezinnen gemengde toiletten. Is er ooit seksueel geweld in de wereld geweest omdat we onze toiletten delen? Waarom voelen we de behoefte om vrouwen en mannen te scheiden als het gaat om openbare plaatsen, zoals toiletten?
‘Gender wordt overal gebruikt om dingen te scheiden – ook uit eigenbelang, zoals wanneer het om het verkrijgen van fondsen gaat. Neem gezondheidszorg: hoeveel organisaties richten zich niet op moederzorg of op gezondheidsprojecten alleen voor vrouwen? Dat doen ze omdat het eenvoudiger is er financiering voor te krijgen dan voor mondiale gezondheid in brede zin.
‘Of organisaties uit het Westen die vrouwelijke politici in Afrika trainen en ondersteunen. Wordt het hen zo makkelijker gemaakt? Nee, want ze worden gereduceerd tot vrouwelijke politici en krijgen daardoor in hun werk meestal alleen maar portefeuilles die over vrouwengelijkheid gaan, of onderwerpen die bij vrouwen zouden passen.
‘Gaan we weer terug in de geschiedenis, naar een periode waarin we elkaar niet kunnen tolereren, omdat we verschillend zijn?’
‘Gender is echt iets westers – dit was nooit hoe wij georganiseerd waren op dit continent. Het is door de koloniale heersers meegebracht, met de Bijbel: ze vertelden ons over Adam en Eva en daardoor verdwenen Nambi en Kintu naar de achtergrond. Iedere samenleving heeft waardering voor zijn eigen culturele normen en waarden, maar Oegandezen is verteld dat onze cultuur verkeerd is.’
‘Gender mag dan niet gemaakt zijn voor ons, maar als we er toch een eerlijk gesprek over moeten voeren, laten we dat dan in alle diversiteit doen. Om te beginnen door te zeggen: ik besta. Of je het nu leuk vindt of niet: ik ben er en ik spreek tot je. Accepteer mijn aanwezigheid op deze wereld, ontken en wis mijn geschiedenis niet.
‘Zeg niet dat mensen als ik niet mogen bestaan, want we bestaan gewoon. Transgenders bestaan. Moet ik eerst weten hoe jij seks hebt of wat er tussen je benen hangt om je te kunnen waarderen? Nee, mensen zijn wie ze zijn. De vraag is of we samen, met elkaar, kunnen leven.
‘En kijk eens wat voor toegevoegde waarde ik voor de ontwikkeling van Oeganda heb als je me waardeert zoals ik ben. Ik spreek vloeiend Loeganda, Rutoro, Swahili en Engels, ik ben aan de Makerere-universiteit met de hoogst mogelijke cijfers voor geneeskunde geslaagd, met een gemiddelde van 4.99 uit 5. Ik was de beste van mijn lichting masterstudenten.
‘Ik heb een beurs van de Wereldbank gekregen om onderzoek naar cassava brown streak virus disease te doen, dat wordt gebruikt door het ministerie van Landbouw en heeft bijdragen aan de bestrijding van het probleem. Wat had ik allemaal niet nòg meer voor mijn land kunnen doen als ik de afgelopen acht jaar niet zoveel tijd kwijt was aan het veranderen van mijn geslacht en aan een plaats opeisen in dit leven dat bij me past?
‘En kijk eens naar al die andere Oegandese queers die de beste studenten op hun vakgebied zijn – ze kunnen hun land beter maken. Een nieuwe term hier is “het bestaan criminaliseren”. Of het nu om homo’s of transgenders gaat, we criminaliseren een bepaald soort mensen. Oeganda is niet meer het gastvrije land waar we om bekend stonden.

foto’s: McWilliams Wasswa
‘Ik vind het heel moeilijk om te zeggen, vooral ook omdat we een goed gesprek over tribalisme en nepotisme hebben gehad; dingen waarvan we gezegd hebben dat we ervan genezen waren. Maar gaan we daar echt weer naar terug? Gaan we weer terug in de geschiedenis, naar een periode waarin we elkaar niet kunnen tolereren, omdat we verschillend zijn? Kunnen we alleen maar samenleven met mensen die precies hetzelfde zijn?
‘Ik begrijp echt niet dat we zo’n niveau van intolerantie hebben bereikt. We weten allemaal wat apartheid met dit continent heeft gedaan, we weten allemaal wat de genocide met Rwanda heeft gedaan en we weten allemaal wat het postelectorale geweld in 2007 met Kenia heeft gedaan. Laat Oeganda niet eenzelfde weg opgaan.
‘Ik houd mijn hart vast als ik de grappen zie die er op Twitter over homo’s worden gemaakt, en de opmerkingen dat homo’s lange gevangenisstraffen verdienen – gewone Oegandezen weten niet wat ze de lhbti-gemeenschap aandoen door wat ze zeggen.
‘Het zijn zulke kleingeestige conversaties over transmensen of anderen uit de lhbti-gemeenschap. En mensen die dat doen hebben niet door dat ze dezelfde vijand hebben als wij, namelijk een neoliberaal economisch systeem dat hen buitensluit. Ze hebben dezelfde voet in hun nek als wij – van de mensen die meer geld en macht hebben en dat gebruiken om minderheden of gemarginaliseerde groepen te onderdrukken.’
‘Ik had de hoop dat covid de zaken ten goede zou keren en dat we meer begrip zouden krijgen, omdat mensen door de pandemie nu ook zelf begrijpen hoe het is om opgesloten in hun huis te zitten. Wij zitten ons hele leven al in een lockdown; dat is precies hoe wij ons voelen. We kunnen niet naar clubs, we worden uit de openbare toiletten gejaagd, we mogen onze liefde niet in het openbaar tonen.
‘Heb je enig idee van de hoeveelheid mentale schade die ons is aangedaan door ons sociaal uit te sluiten? Ons wordt tot op de dag van vandaag de toegang tot werk ontzegd. Ik ben arts en wetenschapper, hoeveel meer moet ik nog studeren om te bewijzen dat ik toegang tot onze samenleving verdien?
‘Als ik één dag president van Oeganda zou zijn, dan zou ik ruimten creëren voor een eerlijk gesprek en beslissingen nemen die gebaseerd zijn op waar ons land bij gebaat is, geen beslissingen gebaseerd op een moralistisch systeem. Laat mensen leven op een manier waar ze zich lekker bij voelen. Dat is aan henzelf om te beslissen en niet aan de regering en de kerk.
‘Ik zou als president weer Ubuntu als uitgangpunt voor onze samenleving nemen: “Ik ben, omdat wij zijn.” Ubuntu is de filosofie die het best bij Afrika past. De mens is niet in eerste instantie een individu, maar is onderdeel van de gemeenschap. Van oudsher is Afrika een regenboogcontinent: we hebben alle kleuren als het gaat om huid, ogen en haar. Waarom zouden we ons tekortdoen door de diversiteit op het gebied van seksualiteit niet te erkennen?’
kader
Cleopatra Kambugu schreef geschiedenis als de eerste transgender die door de Oegandese regering werd erkend. Ze is een mensenrechtenactivist die pleit voor gelijkheid en sociale rechtvaardigheid voor seksuele en genderminderheden. Ze is programmadirecteur bij UHAI-EASHRI, het eerste inheemse fonds in Afrika dat in zeven landen actief is en zich inzet voor de rechten van sekswerkers en seksuele en genderminderheden.
UHAI-EASHRI maakt deel uit van de Love Alliance, een partnerschap dat is gebaseerd op een niet-aflatende inzet voor de bescherming, bevordering en vervulling van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten wereldwijd, het verenigen van mensen die drugs gebruiken, sekswerkers en lhbti-bewegingen en het versterken van de diversiteit van stemmen in die gemeenschappen.
Programma Partindag 2023 verbreedt jouw blik
Het programma van de Partindag is bekend. Ook dit jaar verbreedt deze dag jouw blik. Hans Beerends, Ellen Mangnus, Marc Broere en Danielle Hirsch trappen de dag af. Het drietal Beerends, Mangnus en Broere werpt het licht op 50 jaar mondiaal activisme en Hirsch gaat in een gesproken column in op hoe informatie tot verandering kan leiden. En er is keuze uit 10 workshops. Voor ieder wat wils. De Partindag is op zaterdag 30 september in Nijkerk en begint om 10.00. Dit jaar georganiseerd Partin de ontmoetingsdag samen met Vice Versa.
Lees artikelDe klimaattop van Nairobi: een gedeeld Afrikaans bericht
Bij een historische samenkomst van Afrikaanse leiders op de Keniaanse top hebben ze de Verklaring van Nairobi uitgegeven: een oproep om klimaatverandering wereldwijd tegen te gaan, met Afrika als belangrijke speler in het midden gepositioneerd.
Lees artikelOp de bres voor de kleine boer
‘Wie in Afrika woont,’ stelt Shungu Kanyemba, ‘weet dat tachtig procent van onze bevolking van economische activiteiten uit het achterland afhankelijk is. We hebben allemaal wel een neef die nog steeds op het platteland werkt, als boer, en elke keer als je er langsgaat realiseer je je dat het leven er niet verandert. Ze maken de bakstenen nog *altijd op dezelfde manier! En dàt mag weleens omgegooid worden.’
Lees artikel